Zo mooi dit!
Als op dinsdag een van de collega’s langs de dieren afloopt, probeert Doorn, een van onze twee ezels haar aandacht te trekken. Ze staat aan het hek, ze snuift, ze wiebelt, ze is wat onrustig.
Natuurlijk krijgt Doorn een aai over haar bol.
Misschien heeft ze die even nodig. Hebben we allemaal wel eens, toch?
‘Ja, je bent lief, hoor.’
De collega wil doorwandelen, maar Doorn is het daar niet mee eens. Ze snuift, ze wiebelt, nu nog wat onrustiger dan eerst.
Dan valt het op: waar is Roosje, de andere ezel?
De collega kijkt in de wei. Geen Roosje te zien. Ze loopt naar de voerplaats. Ah, daar staat Roosje, maar … ze zit met haar halster vast aan het hek. Ze schudt haar kop, als ze de collega ziet, probeert zich los te trekken, maar dat lukt niet.
Aha … dus daarom was Doorn zo onrustig: ze wilde ons vertellen dat haar vriendin in de problemen zat.
We maken haar los. Ze is zo blij als een ezel!
En sindsdien vragen we het ons:
het voor elkaar opkomen, het elkaar helpen, omdat je hartsvriendinnen bent, net zo lang tot je vriendin weer lekker in haar vel zit …
Zouden de kinderen dat hier van de dieren leren of andersom …?